“Er overvalt me zelfs een euforisch gevoel. Ik, hier, alleen in een eeuwenoude kerk. Schrijvend, fotograferend, nadenkend.”
Afgelopen augustus heb ik een deel van het Friese Jabikspaad gefietst; een Nederlandse tak van het pelgrimspad naar Santiago de Compostela, waar men het graf van Jakobus de Meerdere kan bezoeken. Het Friese pad heeft namelijk een interessante bijzonderheid: er staan een aantal zogenaamde refugio aan, kerken van de Alde Fryske Tsjerken die onderdak aanbieden aan pelgrims. Dat leek mij, een redelijk gestreste student die aan haar laatste jaar op de universiteit begint, een ideale manier om tot rust te komen. En dus fietste ik vijf dagen door het Friese landschap, en sliep ik vijf nachten in vijf verschillende kerken.
Dag 1: van Heerenveen naar Swichum. Op de fiets zoek ik naar de juiste gemoedstoestand en denk ik na over de redenen om een pelgrimstocht te ondernemen. In het verleden was dat vaak om jezelf fysiek en mentaal te testen en zo je geloof te bewijzen, of om boete te doen voor je zonden. Tegenwoordig hebben mensen vaak een bredere spirituele motivatie: om in contact te komen met de natuur of om zelf tot rust te komen, en even uit het hectische alledaagse leven te stappen. Juist die alledaagse zorgen nestelen vandaag nog stevig in mijn hoofd. Mis ik werkmails, pieker ik, heb ik echt mijn oplader wel meegenomen? Ik voel mezelf naar binnen keren en doe mijn best om me juist naar buiten te richten, op het Friese landschap. Groene weilanden met biddende valkjes en sluipende katten. Zo ver kunnen kijken dat de verte een blauwe waas heeft. Ik begin rustiger te fietsen en spreek met mezelf af dat ik stop wanneer ik iets moois zie, om de camera te pakken, die ik heb meegenomen of om even te lezen.
Na 20 kilometer neem ik even rust. Met bagage fietsen valt me ineens vrij zwaar en ik realiseer me nu gelijk waarom. De eerste pelgrimstip: investeer in een goede rugzak met een heupband, zodat je niet je schouders onnodig belast. Mijn schouders en nek waren niet blij met mijn dagelijkse rugzak. Tijdens mijn pauze zie ik ook gelijk iets wat typisch is voor het platteland: een sluier van regen trekt over het land naar mij toe. Buien kan je hier van ver aan zien komen. Gelukkig is het maar een korte zomerse bui, waar ik niks tegen heb.
Na een korte omweg kom ik aan bij Wirdum, een dorpje vlakbij mijn eerste kerk, waar een supermarkt is. Let op, noordelijke pelgrims: in Friesland is in verband met de zondagsrust lang niet alles op maandag open, maar deze supermarkt wel. Daar doe ik dus wat simpele boodschappen, waarna ik alvast naar het kerkje fiets. De kerken worden steeds voor mij open gedaan op een vooraf afgesproken tijdstip door een beheerder, maar ik ben veel te vroeg. Dus lig ik nog urenlang te lezen in het grasveld in één van de kleine boekjes die ik bij me heb, over religieuze iconografie, totdat ik de beheerder aan zie fietsen.
Hannie Schuurman, de ambassadeur (zoals ze het graag noemt) van de kerk, opent de deuren en leidt me rond. Ze heeft tijdens corona het beheer overgenomen, wat natuurlijk niet bepaald een makkelijke periode is geweest. Gelukkig kunnen er nu weer activiteiten georganiseerd worden in de kerk: niet alleen diensten en bruiloften, maar ook lezingen en bijeenkomsten over rouwverwerking, een thema dat haar nauw aan het hart ligt. Ze geeft me een aantal boeken over de geschiedenis van de kerk, waar ik gelijk in duik.
De kerk is in de 13e eeuw gebouwd en is daarmee één van de oudste in Friesland. Wat vooral opvalt van buiten is dat de kerk zo vaak is verbouwd en gerestaureerd dat het een soort collagekerkje is: nieuwe ramen overlappen met dichtgemetselde deuren, stenen lijken verkeerd te zijn teruggelegd, en één goudkleurige baksteen is schijnbaar willekeurig in het bouwwerk verschenen. Tijdens de restauratie in 1997 zijn er ook oudere onderdelen herontdekt, zoals de piscina: een nis waar de priester zijn handen kon wassen. Ook kwam men er tijdens die restauratie achter dat één van de steunberen de kerk niet meer steunde, maar juist scheef trok. Daarom is die verwijderd. Al wordt de steunbeer nog wel herdacht. Nu staat er namelijk een steen naast de kerk waar, nu nauwelijks meer zichtbaar, de woorden in zijn gegraveerd: hier stond een beer, hij is niet meer. Mijn favoriete detail van deze eerste kerk.
Voor het hele blog ga naar: https://aldefrysketsjerken.nl/p/Blog/saft%7Cf30526b4-6085-4d85-98aa-ed58f3448a8f/?fbclid=IwAR33ns_r27hFNR14mfGXaPXCMc2HkroIT1CPYErLeHF7wupMBDo-xm8U0mY